Taxi toet toet

Vandaag de grote dag ik ga met de taxi naar Son La 160 km. Ik ontbijt rustig aan en drink buiten nog even een cappuccino. De taxichauffeur stond er al om negen uur maar ik laat mij niet opjagen ik heb 10.00 uur afgesproken.

De rit is erg lang en inderdaad veel omhoog de bergen in. Dus ik ben wel blij met deze rit. Wat het wel onrustig maakt is dat de taxi bij elke niet overzichtelijke bocht (dus alle) of als hij inhaalt toetert. Daar moet ik wat aan wennen. Ik denk dat hij wel duizend keer heeft getoeterd. Gelukkig rijdt hij niet hard en let wel op maar toch de manier van rijden is wel apart te noemen.

Als hij inhaalt maakt het niet uit of het kan of niet, voor de bocht of tegenliggers dan toetert hij en dan moet iedereen uit de weg gaan. Gek genoeg gebeurt dat ook maar af en toe staan we tegenover een andere auto stil. De taxichauffeur spreekt geen woord Engels dus het is een zwijgzame rit. Vind ik niet zo erg omdat ik mij niet topfit voel. 

Na drie en een half uur rijden komen we aan in Son La. Het is een redelijk groot en modern stadje. Grote pleinen en veel waterpartijen. ‘s Avonds is het een beetje Las Vegas, echt alles is verlicht en knippert.

Ik heb via internet een luxe hotel gevonden midden in de stad en zit op tien hoog met een prachtig uitzicht over de stad.

Gek genoeg zijn er in deze stad helemaal geen toeristen er is dus nergens een plek om even te zitten met andere mensen. Er zijn wel tig koffietenten maar daar zit eigenlijk nooit iemand en wat raar is je kan ook alleen maar koffie of thee krijgen niet een koekje of een taartje. Want gebak dat hebben ze hier ook maar dan moet je weer naar een andere tent. Een cafe kennen ze in deze stad ook niet.

Ik lunch wat om de hoek bij het hotel, een gefrituurde kippenpoot met patat. Gelukkig doen ze hier normaal met de patat. Deze keer geen suiker over de patat, paneermeel of patat met sesamzaadjes. Je kan het soms treffen patat-technisch gezien.

Na flink wat fietsen door de stad en wat koffieleuten is het alweer tijd voor het avondeten. Ik eet een hamburger in een grote shoppingmall en dat vind ik wel genoeg. Het is alweer tijd om naar het hotel te gaan.